Grapefruit (Citrus paradisi)
Andere namen: grapefruit, citroenmelisse, druif
Schade score: 1 (Natuurlijke stoffen)
Grapefruit, paradijscitroenboom of druif - dit zijn verschillende namen voor de nogal populaire vrucht van de Citrus paradisi boom, die de meesten van ons kennen als grapefruit. Deze vrucht is wereldberoemd om zijn kenmerkende zoetzure smaak en de vele gezondheidsvoordelen van het eten ervan. De grapefruit komt oorspronkelijk uit Barbados, maar wordt nu in veel gebieden ter wereld geteeld, vooral daar waar een subtropisch klimaat heerst. De vrucht is vrij groot, meestal 10-15 cm in diameter, en heeft een zeer dikke en aromatische schil die groenachtig tot oranje kan zijn, afhankelijk van de mate van rijpheid. Het vruchtvlees is meestal geel tot lichtroze en verdeeld in verschillende segmenten, vergelijkbaar met dat van een sinaasappel.
De grapefruit kan rauw worden gegeten of worden verwerkt in veel verschillende producten. Vooral populair is de productie van vers grapefruitsap, dat veel mensen lekker vinden vanwege de verfrissende en unieke smaak. Dankzij zijn kenmerkende smaak en aroma wordt de grapefruit ook vaak gebruikt in culinaire toepassingen, zowel voor zijn sap, dat aan verschillende gerechten wordt toegevoegd om de smaak te versterken, als voor zijn schil, die als specerij wordt gebruikt. De grapefruit wordt ook steeds populairder in de cosmetica-industrie, waar grapefruitolie wordt gebruikt in verschillende huidverzorgingsproducten. De specifieke geur is ook populair in de parfumindustrie. Een ander interessant gebruik van grapefruit is bij de productie van jam of confiture. De grapefruit wordt ook gebruikt in de geneeskunde, omdat het een rijke bron is van vitamine C en andere vitaminen en mineralen.