Siberische ceder (Pinus sibirica)
Andere namen: Siberische den, keizer van de Taiga
Schade score: 1 (Natuurlijke stoffen)
De Siberische ceder, ook bekend als de Siberische den of de keizer van de Taiga, is een enorme naaldboom die oorspronkelijk uit Rusland komt, waar hij een integraal onderdeel vormt van de Siberische bossen. Hij bereikt een hoogte van 30 tot 40 meter, maar kan soms wel 50 meter hoog worden. Deze boom is erg populair om zijn vele toepassingen, zowel in de geneeskunde, culinaire toepassingen als in cosmetica. Een typisch kenmerk van de Siberische ceder zijn de eivormige kegels, die erg populair zijn om hun smakelijke en voedzame zaden.
Als boomsoort is de Siberische ceder zeer gewaardeerd en zijn hout is de basis voor meubels, bouwmateriaal of muziekinstrumenten. Maar net zo belangrijk zijn de zaden, ook wel pijnboompitten of cedernoten genoemd. Ze zijn een rijke bron van vitaminen, mineralen en onverzadigde vetzuren en worden in veel recepten gebruikt. Ze zijn te vinden in zoete en hartige gerechten, zowel rauw als bereid. Pijnboompitten worden ook geperst tot olie, wat een gezonde en smakelijke toevoeging aan het dieet is, maar ook wordt gebruikt in de cosmetica-industrie om verschillende crèmes, maskers of lichaamsoliën te maken. Zelfs de naalden en schors hebben hun nut. Ze zijn een geweldige bron van vitamine C en bevatten veel andere stoffen met medicinale eigenschappen, die bijvoorbeeld worden gebruikt bij de productie van kruidenthee of siropen.